De paardenbloem gaat door verschillende fases heen. Hij is eerst geel, zo geel als de zon, en daarna gaat hij weer sluiten. Dan veranderd hij in een wit pluizig bolletje, het lijkt op een maan. Daarna laat hij zijn zaadjes los die met de wind worden meegenomen.
Het leven van een kind gaat ook door verschillende fases.
Ze worden geboren en zijn nog heel erg puur. Net zo puur als de zon en de gele paardenbloem. Ze bekijken alles om zich heen en leren nieuwe dingen kennen. De paardenbloem heeft ook van alles om zich heen, andere planten, bloemen en mensen, en de zon ziet van bovenaf alles.
Kinderen die anders denken kunnen door invloeden van buitenaf soms gedesoriënteerd raken. Net als de natuur als er een zonsverduistering is. De zon is even weg en de natuur gaat opeens in slaapstand. Kinderen kunnen ook hebben dat ze niet begrijpen wat er aan de hand is als hun anders denken dan andere kinderen. De ene keer dan komt dat snel weer goed, net als de zonsverduistering die maar even duurt en voor anderen duurt het langer of ze blijven voor altijd veranderd zoals een gele paardenbloem die weer dicht gaat en de dag die veranderd in de nacht.
Kinderen kijken een tijdje alles aan en dan opeens merken ze dat ze veranderen. Ze veranderen van een gele paardenbloem naar een witte. Hun karakter kan veranderen en ze zijn soms zichzelf niet meer. Net als de nacht zijn ze veranderd van de zon naar de maan. Het kan zijn dat ze zich prettig voelen en dat ze aangepast blijven net als de maan die licht opvangt van de zon en zich daarbij neerleggen. Maar het kan ook dat ze zich niet fijn voelen en dat ze, net als een maansverduistering, zich wegcijferen voor iemand anders. Ze zijn bang voor de reacties van anderen, waarom ze zich voordoen zoals ze zijn. Maar zijn ze eigenlijk wel zoals ze zijn? Of zijn ze aangepast en zo aangepast dat ze zich voordoen als een totaal ander iemand? Net als de bloedmaan die opeens helemaal rood kleurt terwijl hij altijd wit kleurt.